BLOM ZIET IETS - 09 | Over lichtjes, schuttingen en kleurenwaaiers

[locatie: Nijmegen, Nederland]

Het is winter en het is 8.43 uur. Een donderdag, als ik me niet vergis. De ochtendspits lost sneller op dan het donker van de nacht.
Als ik over de brug rijd, is het nog donker genoeg om de lichtjes te zien. De lichtjes. De witte, heldere lichtjes van de L-vormige hoogbouw-complexen, daar aan de overkant van het kanaal. Vanuit de trein had ik ze vaak zo gezien in het donker: deze vrolijke, sprookjesachtige blokken-ensembles, oprijzend van tussen de bomen. Altijd een beetje Kerstmis daar, maar dan in het strakke patroon dat de architecten uit de late jaren ’60 voorschreven.
 


In plaats van meteen door te rijden naar mijn bestemming, besluit ik om de gebouwen en hun omgeving van dichtbij te gaan bekijken. In de zeven minuten tijd die deze omweg kost heeft het daglicht al heel wat terrein gewonnen.
Jawel, ik was er vaker geweest, aan de voet van deze flats. Toch is de verbazing er opnieuw. Hoe verschillend kan je een plek vanaf een afstand ervaren ten opzichte van dichtbij?
 
De bomen zijn minder talrijk dan mijn blik vanaf de overkant steeds deed vermoeden. In dit seizoen ziet het er natuurlijk extra kaal uit. De ooit goed bedoelde woonerven zijn grotendeels geëvolueerd tot parkeerplaatsen met hier en daar schaamgroen, en zijn onderling verbonden door een onduidelijke slingerweg die lak heeft aan welke windrichting dan ook. Diverse laagbouwwoningen hebben een voortuintje. De meeste van die tuintjes zijn onderhoudsarm ingericht, maar alsnog slecht onderhouden.
Bizar om te zien hoe een aanbieding van de bouwmarkt zo’n impact kan hebben op het straatbeeld: veel bewoners kozen ervoor hun achtertuinen van de openbare ruimte te scheiden door het plaatsen van schuttingen van de Praxis – € 14,95 per paneel, inclusief BTW. Van bovenaf worden de achtertuinen bewaakt door de vanuit de flatgebouwen georganiseerde sociale controle.
O ja, de flatgebouwen! Van veraf gaven hun lichtjes nog aanknopingspunten voor romantische bespiegelingen: van dichtbij zijn die lichtjes simpelweg de van TL-balkjes voorziene melkwitte lichtbakken bij de voordeuren op de galerijen.
Enige speelsheid kan de flatgebouwen toch niet ontzegd worden. Om beurten leenden zij de kleurenwaarier van de verfleverancier en konden zich zo elk een eigen identiteit aanmeten. Hun kopse kanten kleuren nu roze, geel, groen en blauw.
 
Het oranje vrachtwagentje op de foto kan niet onbesproken blijven. Iedereen die fotografeert in de openbare ruimte, zal zich van tijd tot tijd storen aan al die auto’s die het beeld verpesten. (Mijn zorgvuldig om de hoek geparkeerde Berlingo compenseert die gedachte niet, ik weet het). Het vrachtwagentje hier echter, maakt de compositie compleet. Er zijn twee opties voor de situatie: de eigenaar van het oranje vrachtwagentje woont in het huis waar hij of zij het voor geparkeerd heeft, of zoekt ruzie met de bewoners van dat huis.
 
Maar goed, ik was onderweg, da’s waar ook. Tijd om door te rijden. Verblijfskwaliteit is nooit de sterkste kant geweest van dit deel van de stad.

|  Datum: 2018-02-17  |  Labels: Observaties  Publicaties  Kunstprojecten  Blom ziet iets  |  Overzicht van alle publicaties  |



Reacties:



Reageren:



















   
zoeken volgende vorige